Gepensioneerden in dienst

In de Algemene Ouderdomswet (AOW) staat op welke leeftijd mensen met pensioen mogen en hoeveel geld ze dan krijgen. In 2016 is de Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd ingegaan. Het doel daarvan is dat het voor werkgevers makkelijker is om gepensioneerden aan te nemen. 

Er staat bijvoorbeeld in dat je bij ziekte maar dertien weken door hoeft te betalen. Eerst was dit een langere periode. Er zijn nu ook minder regels bij re-integratie. Je hoeft geen uitgebreid plan te maken als een gepensioneerde ziek wordt. 

​Als een werknemer door blijft werken na het pensioen, heeft dit geen invloed op de hoogte van het AOW. Het is zelfs mogelijk dat de werknemer pensioen blijft opbouwen en tegelijk een AOW-uitkering ontvangt. Soms kun je ervoor kiezen je pensioen later in te laten gaan, maar dat is per pensioenfonds anders geregeld.

Als je het contract van een gepensioneerde medewerker wilt opzeggen, hoef je geen toestemming te vragen bij UWV of de kantonrechter. In het contract staat altijd dat je één maand hebt om het contract op te zeggen. Een tijdelijk contract eindigt automatisch.

Transitievergoeding is een bedrag dat een werkgever aan een werknemer moet betalen als het contract niet wordt verlengd of bij ontslag. Gepensioneerden die stoppen met werken hebben geen recht op deze vergoeding. Dit geldt ook voor gepensioneerden die doorwerken.

Voor werknemers met een zwaar beroep is er een zwaarwerkregeling. Deze regeling zorgt ervoor dat ze eerder kunnen stoppen met werken. Dit is belangrijk om te weten als je een gepensioneerde met een zwaar beroep in dienst neemt.

De generatieregeling is een afspraak waarbij oudere werknemers minder gaan werken en jongere werknemers worden aangenomen. Dit helpt om kennis over te dragen en de druk van het werken te verminderen.